Voor de screening kijkt Justis onder andere naar het volgende:
- Of de leidinggevende de laatste 8 jaar is veroordeeld voor een misdrijf waarbij hij/zij een (on)voorwaardelijke gevangenisstraf kreeg.
- Of de leidinggevende de laatste 4 jaar is veroordeeld voor een misdrijf waarbij hij/zij een geldboete of een taakstraf kreeg.
- Of er andere belangrijke feiten zijn waaruit blijkt dat de leidinggevende niet betrouwbaar genoeg is om leiding te geven aan een beveiligingsorganisatie of recherchebureau.
Voorbeelden bij het laatste punt zijn:
- Er is een proces-verbaal opgemaakt, maar er is (nog) geen strafvervolging geweest.
- Aanwijzingen dat de leidinggevende in criminele kringen verkeert.
- Feiten waaruit blijkt dat de leidinggevende niet aan alle voorwaarden uit de Wpbr voldoet.
In deze gevallen kan het zijn dat Justis geen toestemming verleent. Kijk voor meer informatie in paragraaf 3.3 van de Bpbr.