1) In 2015 is een aannemersbedrijf failliet verklaard. Via de Garantstellingsregeling curatoren verrichtte de curator een onderzoek naar de oorzaken van het faillissement. Uit dit onderzoek bleek dat de indirecte bestuurder voorafgaande aan het faillissement activa van gefailleerde rechtspersoon overhevelde naar zijn eigen eenmanszaak. Bovendien waren de jaarrekeningen over de boekjaren van 2012, 2013 en 2014 niet gedeponeerd. Hierdoor ontstond bij de curator een vermoeden van onbehoorlijk bestuur. De curator stelde vervolgens de indirecte bestuurder aansprakelijk voor het boedeltekort. Deze aansprakelijkstelling leidde ertoe dat de curator en de bestuurder in 2019 een vaststellingsovereenkomst van € 250.000,- sloten. De bestuurder kwam deze overeenkomst niet na. De curator legde beslag op zijn waardevolle goederen/zaken. Dit beslag was succesvol. Het schikkingsbedrag komt ten goede aan de boedel en daarmee aan de schuldeisers.
2) Bij een faillissement uit 2012 van een stichting in de onderwijsbranche is ook een succes behaald. De bestuurders van deze stichting gingen voorafgaand aan het faillissement financiële verplichtingen aan waarvan zij wisten of behoorden te weten dat de stichting deze niet kon nakomen. Via de Garantstellingsregeling curatoren stelde de curator een onderzoek in naar de gang van zaken voorafgaand aan het faillissement. Tijdens dit onderzoek is door de bestuurders een schikkingsvoorstel van ruim € 4.000,- gedaan, maar de curator wees dit af. De curator legde vervolgens conservatoir beslag op de bankrekeningen van de bestuurders, waarop een aanzienlijk bedrag werd aangetroffen. Hierna startte de curator een procedure bij de rechtbank. Gedurende de procedure is door de betrokken partijen in 2019 een schikking getroffen van € 87.500,-. Het schikkingsbedrag komt ten goede aan de boedel.
Heeft u een vraag, opmerking of suggestie? Neem dan contact op met Justis
+31 (0) 88 - 998 22 00